Nieuws

Provincie vindt situatie Drukkerijmuseum Meppel ‘zorgelijk’

Maar gaat niet financieel bijspringen.

De provincie Drenthe ziet voor haarzelf geen rol weggelegd om het Drukkerijmuseum in Meppel financieel te helpen. Daarvoor vindt ze de gemeente ‘primair verantwoordelijk’.

Wel zegt ze in gesprek te willen met de gemeente Meppel om te kijken wat er nodig is. Volgens gedeputeerde Nelleke Vedelaar is het nu aan de gemeente om te bepalen wat ze wil met het museum en of ze de hulp van de provincie wil. Eerder zei wethouder Jeannet Bos van Meppel al tegen RTV Drenthe ‘graag in gesprek te gaan met de provincie’.

De provincie wijst op potjes met geld die het heeft voor kleine musea. Mocht er collectief wat nodig zijn om de kleine musea in Drenthe te ondersteunen, dan wil Vedelaar daar graag samen met onder meer gemeenten naar kijken. Het museum maakt al gebruik van provinciale subsidie. Zo kreeg het Drukkerijmuseum vorig jaar 25.000 euro om te verduurzamen. De subsidies zijn echter niet bedoeld om financiële tekorten op te vangen.

Financiële problemen
Dat is precies het probleem voor het Drukkerijmuseum in Meppel, dat financiële problemen heeft. De vaste lasten nemen toe, terwijl door corona het aantal bezoekers achter is gebleven. Jaarlijks krijgt het museum 26.000 euro van de gemeente Meppel. Dat bedrag is al vijftien jaar hetzelfde.

Het bestuur van het museum heeft de gemeente om extra geld gevraagd. De wethouder gaat daar niet in mee, waarop het bestuur de deuren van het museum op 1 juni zegt te gaan sluiten. Inmiddels zijn ondernemers een inzameling begonnen en is een petitie voor het museum meer dan 2500 keer getekend.

‘Zorgelijk’
“Wij zien dat meerdere musea in Drenthe moeite hebben om financieel de eindjes aan elkaar te knopen. Dit is een zorgelijke ontwikkeling”, reageert Vedelaar. “Oorzaak hiervan is onder andere de coronaperiode, de achterblijvende bezoekersaantallen na corona en de stijgende energielasten en vaste kosten. Dat is zorgelijk voor de toeristische en culturele sector in Drenthe.” Ze zegt deze ontwikkeling nauw in de gaten te houden.

De BBB, de grootste partij in Drenthe, vindt dat de provincie nu moet bijspringen voor het museum. Voor nu ziet de provincie dat niet zitten. Vedelaar wijst op het huidige museumbeleid. Met een nieuw college in de maak, kan dat beleid veranderen.

Zes musea krijgen steun
De provincie financiert zes musea. Dat zijn het Drents Museum, Museum De Buitenplaats, Herinneringscentrum Kamp Westerbork, Hunebedcentrum, Gevangenismuseum en Museum de Proefkolonie. Die omschrijft de provincie als ‘provinciaal belang’, en de provincie is eigenaar van het gebouw van het Drents Museum.

Daarnaast telt de provincie nog 48 kleinere musea, waar het Drukkerijmuseum onder valt. Om die te helpen, wordt subsidie gegeven aan het Platform Drentse Musea. Dat helpt de musea met onder meer netwerk en kennis. En daarnaast zijn er twee financiële regelingen om te helpen bij verbouwing of museumregistratie.